Butcher’s Crossing
John Williams
Ik kan me niet herinneren ooit een roman over het Wilde Westen te hebben
gelezen die me geboeid heeft als literair kunstwerk. Of het moet in mijn jeugd
geweest zijn zonder dat ik het als zodanig kon bestempelen. Ik denk dat ook het
onderwerp, een grote bisonjacht, me niet heeft kunnen bekoren en teveel als een
soort cowboy romantiek moet hebben afgestoten. Het toont aan dat literatuur
niet bepaald wordt door het genre maar door de meesterhand van een schrijver.
Wie ander werk van Williams kent, zal zich er niet over verbazen dat ook een
bisonjacht tot literatuur van kwaliteit kan leiden. Dit mag dan waar zijn, maar
dwingt nog sterker tot nader onderzoek waarin het geheim van deze literatuur in wezen schuil gaat. Grote
woorden, grote problemen ook. In de constructie van het verhaal behoeft het
geheim niet gezocht te worden. Immers, het is een eenvoudig lineair verlopend
verhaal, dat recht toe recht aan verteld wordt. De gebeurtenissen volgen elkaar
logisch en vanzelfsprekend op zonder dat er ingewikkelde flashbacks of andere herinneringstechnieken worden
toegepast. En als deze al gebruikt worden, verwijzen ze naar informatie
waarover de lezer al beschikt dankzij het verhaal. Er wordt niet terug gegrepen
op ervaringen, die moeten worden uitgelegd of nader omschreven. De schrijver
speelt geen dubbelspel met de lezer, onthoudt hem geen informatie, maar
vertelt. En toch bouwt de schrijver bladzij na bladzij spanning op, niet door
het ontbreken van kennis omtrent de gebeurtenissen
maar louter door de sensitieve wijze van vertellen. De mens dicht op zijn huid
gezeten, is een kwetsbaar wezen. De schrijver maakt ook geen gebruik van de techniek van wisselende vertellers, maar
schrijft vanuit het perspectief van de hoofdpersoon Andrews, de man die
levenservaring wil opdoen door deel te nemen aan de bisonjacht, een laatste
kans om de Amerikaanse ziel te doorgronden voordat de frontier is bereikt en
hij zich bij een sedentaire bestaanwijze op het land of in de stad, de metropool
moet neerleggen. De lezer kan zich gegrepen voelen door deze romantiek, maar
ook zonder deze aandrang neemt de schrijver hem of haar in een houdgreep. Zelfs
indien sprake is van een zekere weerstand tegen een dergelijk, bijna
re-actionair verlangen naar avontuur, zal deze snel verdwijnen wanneer Andrews
eenmaal onderweg is, op zoek naar de verwezenlijking van zijn zucht naar een
nog onbestemd levensgevoel. In zekere zin is Andrews de grote truc van
Williams. Hij is de nog onervaren, jeugdige en bijna naieve man, die open staat
voor het leven en zijn uitdagingen, bereid de grenzen van zijn fysiek en geest
op te zoeken. Hij is bijna de onschuld zelve, het onbeschreven blad. Alles is
nieuw en de moeite van het onderzoeken waard. Hij gaat geen moeilijkheden uit
de weg. Integendeel, hij wil het leven in zijn volheid ervaren. De bisonjacht
is te zien als een initiatierite voor
Andrews als jongeman. Hij doorstaat alle beproevingen om volwassen te worden.
Miller is voor hem de grote medicijnman, de leider, de belichaming van de onverwoestbare man, het
gezag. Hij is de bron van kennis en ervaring, de onverstoorbare en
onverschrokken held, die de strijd met de natuur aangaat, bedachtzaam,
weloverwogen en kundig. Hij is vertrouwenwekkend, kenner van de wisselvallige natuur
en van roekeloosheid zoals de vakkundige huidensnijder/viller Schneider
demonstreert. Voor Charley Hoge, de ossendrijver, is hij zonder reserve de
grote voorman, de man die weet wat hij doet. Maar als voerman waarschuwt Charley
Hoge deze Miller voor het risico dat hij neemt, wanneer hij de wagen beladen
met huiden door de rivier wil leiden. Dit is letterlijk en figuurlijk het
omslagpunt in de roman. Moed verandert in overmoed. Miller blijkt een
onbeheerste bezetene. Schneider vindt de dood, Hoge wordt een zombie, een
verdwaasde. Dit kon niet uitblijven. De bisonjacht was ontaard in een
systematische slachting, meedogenloos, zinloos, ongeremd.( Is de titel
Butcher’s Crossing niet al een vooruitwijzing naar de slachting, meer dan een
onschuldige plaatsnaam?) De massamoord wordt door de natuur beantwoord met een
sneeuwjacht, een uiterste beproeving van het lichaam, de geest, de solidariteit
en het uithoudingsvermogen, die stilaan ondergraven worden met als noodlottig
einde, de kanteling van de overladen wagen, meegesleurd in de stroom, de
teloorgang van de trofee en de verdrinking van Schneider, de eenling die zich
eerder al uit de groep losmaakte en zo zijn Alleingang beeindigde. Toch kent
het boek niet de spanning uit de traditionele western als een strijd tussen bad
en good guys. De verhouding tussen de vier mannen is gecompliceerder, want
persoonlijker. Hoge is bij uitstek de volgeling, de man die zich tracht de
redden met spreuken uit de bijbel. Hij is de namaak mens. Schneider is de eenling par excellence. Die
uit is op zelfbehoud en geld. Alleen de
huid heeft waarde, het leven gaat niet
dieper dan de huid.Wanneer hij verdrinkt, loont zelfs zijn hoed niet de moeite
om uit het water gered te worden. Miller,
de jager, is kundig ook in het doden, maar blijkt het leven niet naar zijn hand
te kunnen zetten. De slachting wordt door Miller als bezetene omgezet in een
inferno ofwel een potlach, de absolute destructie van het zgn bezit, de
bisonhuiden van Mc Donald. De Amerikaanse inleider Michelle Latiolais verwijst
hiervoor naar de Amerikaanse
vernietigingsoorlog in Vietnam ten tijde van het schrijven van het boek. Even
goed denkbaar is een verwijzing naar de frontier ideologie met de genocide van
de Indiaanse volkeren, dat ze impliciet eerder al suggereert, maar eigenlijk niet
uit een Amerikaanse mond wil komen. Nergens echter wordt de rücksichtslose
bisonjacht als zodanig veroordeeld. Wel beschreven in zijn afmattende,
robotachtige en finale moorddadigheid gelijk ook de Holocaust niets anders is
dan de consekwente, absolute vernieting van de Joden. Afmattend omdat het de
moordenaar uitput. Robotachtig inzoverre de automatische piloot bij het doden
wordt ingezet. ( ook de Duitse soldaten konden het geen uren volhouden tijdens
de massale executies). Toont zich hier de ware aard, de natuur van de mens, het
ontspoorde wezen, het gemankeerde dier met zijn thanathos instinct? Het wezen
met de onwezenlijke, lege blik op het beslissend moment. Zijn laatste verweer
bij de uiterste beproeving? Andrews reinigt zich na de slachtpartij in de koude
bron, maar de vlekken op zijn schoenen, zijn kleren blijven. Ook vraagt hij
zich af, zijn eigen gezicht aftastend, of Francine hem nog zal herkennen. Is
hij veranderd na de moord op het zelf, de vernietiging van iets in hemzelf? Ook
het inferno, de vernietiging van de huiden, wordt uitgebeeld als een
waanzinnige en ultime brandstichting zonder enige ethische connotatie. Het zijn
scenes van een onomkeerbare verwoesting pur sang, indringend en absorberend. Misschien
is het boek wel een impliciete kritiek op de Amerikaanse maatschappij met zijn
historische geweldadigheid en drang tot onbeperkte exploitatie van
bestaansbronnen. De grenzeloze dadendrang gaat gepaard aan een bezetenheid en
verblinding voor de natuur en het verstand. Is Miller uiteindelijk niet ook een
Lucifer, de meest verlichte en tenslotte gevallen engel, die onheil en kwaad
brengt in de wereld?
Augustus 2014-08-06
Curacao
ik herhaal: is dit te aangrijpend? bisons die alleen voor het oog veranderen in schapen; bisons die op grote schaal worden vermoord
BeantwoordenVerwijderen