woensdag 23 juni 2010
Brodsky Venetië, Petersburg
Auteur Joseph Brodsky
Boektitel Kade der Ongeneeslijken
(vertaling Sjaak Commandeur)
Dit boekje gaat over Venetië, de Italiaanse stad waar de Russische schrijver/dichter Brodsky vaak de winter doorbracht. Het is een verzameling van overdachte impressies van de stad en herinneringen uit zijn leven.
Dit is de stad en niet de stad, die bestaat. Dit is het eilandenrijk, waar de dichter voet aan land zet en zegt: dit is de stad niet, dit is mijn stad. Het is zijn rijk, zijn domein gedompeld in water, waarin ‘ijdel’ - in de dubbele zin van het woord - zich zijn ziel spiegelt.
Vergeefs, want in leeg winterlicht om zich heen, verliest de ziel zich in een prismatische weerkaatsing, ijdel ook want niet meer dan een silhouet, dat verdwijnt wanneer het zich om draait. In elk straatje en op elk pleintje ervaart de schrijver de leegte van de architectuur, die krult, schittert en porceleint rondom het water dat zachtjes voortkabbelt om de eenzaamheid en de stap te dempen van de dwalende ziel op zoek naar een stilstand als sluitstuk van eeuwige beweging. Een Russische dichter opzettelijk verdwaald in de stad van de lagune, waarover de Nederlandse dichter Herman van den Bergh in zijn Marce Evangelista Meus, ooit schreef ...
Zien we de lelie waar zij ligt
op drift, ontvouwend voor de zee
de zieke trots van haar gelaat
bij schemer, en een uit ‘t scharnier
gelichte lustige energie.
Niet slecht geschreven, vooral niet als hij even later nog zegt: ‘de wolhandkrabben van ’t kanaal beklimmen sluw het rotte hout’. Die wolhandkrabben zijn, hoewel nooit door mij gezien, alleen al om hun naam onvergetelijk. Venetie is tenslotte ‘de absolute verzameling der steden’, alle onzichtbare steden van Italo Calvino ineen - zie ook blz 84, vijfde regel van beneden, waar Brodsky spreekt van een Calvinoësk idee. Niet alleen het baksteen toont gelijkenis met de structuur van onze hersenen, maar ook de stad en zeker de Stad in het Water met zijn wolhandkrab. In het labyrint van de watergangen beweegt zich de geest van de dichter, die zijn oponthoud viert in elke nis van de Europese cultuur. Het kleine boekje met de kleine paragrafen zonder naam is berstensvol gedachten,
associaties en door het verstand beteugelde emoties. En door het laatste is het ook zo weerbarstig, maar goed leesbaar, een beetje lastig te savoureren,omdat bijna elke vrucht, die de dichter ons aanreikt, eerst gewassen, dan geschild en tenslotte nog eens in partjes moet worden gesneden alvorens we het aroma gewaar worden en de sappigheid van het vruchtvlees kunnen proeven. Waarmee ik
onrecht doe aan de metaforische genoegens, die hij direct grijpbaar voor ons uitstalt. Men dient een lezer te zijn opgegroeid in de Europese cultuur en niet verstoken van kennis van de Europese literatuur om dit boekje op waarde te schatten. Het is een verzameling herinneringen van Europese herkomst meer dan een gedenkboek, hoewel Venetie zeker trots kan zijn op deze ode aan de stad - een waterdruppel waarin de speelsheid van de menselijke creativiteit zich weerspiegeld ziet. Als zodanig is het een gedegen weermiddel tegen het hedendaags toerisme van shoppen en kiekjes schieten al dan niet met video- of digicamera. En dan te bedenken dat ik ooit een vriendin van me Brodsky’s ‘A guide to a renamed City’over Leningrad/ Petersburg te lezen gaf ter voorbereiding van
haar bezoek aan die stad. A guide tenslotte, zegt Brodsky zelf. Maar de vrouw was/is dan ook stedebouwkundige van huis uit. Zelf herinner ik me, hoe ik in Venetië getroffen werd door de akoestiek van de stad met zijn binnenplaatsjes en vooral van de dempende werking van het water op de naderende stap. Misschien was het voor Brodsky, ooit geboren in Leningrad, een stad die ik nooit
bezocht heb, zo vanzelfsprekend, dat het hem welhaast ontging. In eerdergenoemd essay over zijn geboorteplaats schreef hij ‘by the end of May, when the White Nights arrive in the city ... ‘It’s so quiet around that you can almost hear the clink of a spoon falling in Finland.’
Je hoort het, Leningrad, het tegenwoordige Petersburg, is geen Venetië. Veeleer is het een ziekte, Venetie, een invasie van het land in de zee, gedoemd ten onder te gaan, ongeneeslijke kade van
‘schitterende’ hoogmoed, waar de onvermoeibare wolhandkrab huist.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten