Oranges are not the only Fruit
Jeanette Winterson
Na jaren de roman herlezen en met
plezier (Roland Barthes). Het verhaal van een ontluikende lesbische liefde, de eigen
bevrijding en de onmacht van de (geprogrammeerde) omgeving. Liefde, haat,
zonde, woede, weerzin, verlies, pijn, lust, humor, spel, vergeefsheid, alles is
aanwezig. Denk natuurlijk aan Virginia Woolf, Gerard Reve, Kavafis enz. De
strijd om erkenning of aanvaarden. Bij het lezen, bevestiging dat taal de
toverstaf voor de overwinning is. De beste bespreking geeft Winterson zelf bij
de editie van 1991. De novelle is experimenteel, zegt ze, als spiraalvormige
vertelling – zonder begin of einde. Dit maakt herlezen steeds weer nieuw en
springsgewijze lezen mogelijk. Het helpt de lezer als hij/zij bijbelse boeken
kent, maar Koning Arthur is ook goed. Die inzet-stukjes van Parcival doen als
een diamant de tekst oplichten. En onthoud, wat ze in de inleiding schrijft: ‘I really don’t
see the point of reading in straight lines. We don’t think like that and we
don’t live like that. Our mental processes are closer to a maze than a
motorway, every turning, not symmetrical, not obvious.’ En dan nog dit ‘History
is a hammock for swinging and a game for playing. A cat’s cradle….. There is a
certain seductiveness about dead things. You can ill treat, alter and recolour
what’s dead. It won’t complain.’ Even goed kun je met andere zinnen
aan het werk.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten